Gesprekken en vergelijkingen

 

Gedurende mijn recente reis naar Italië afgelopen februari heb ik de gelegenheid gehad om priesters, vrouwelijke religieuzen, vrienden die in parochies werkzaam zijn, parochiegroepen te ontmoeten. Ik heb naar hen geluisterd en hun van mijn kant verteld over de pastoraal die in Ypacaraí wordt verwezenlijkt. In Paraguay en Italië zijn de situaties vanuit verschillende gezichtspunten ongetwijfeld heel anders, echter, de vergelijking heeft elementen naar voren doen komen die verrassing, soms ook verbazing, hebben gewekt en aanleiding hebben gegeven tot vragen die het de moeite waard maken ze te signaleren.

Vanaf het begin hebben mijn gesprekspartners, toen zij de aantallen hoorden die een eerste beeld geven van de werkelijkheid in de parochie met haar uitgestrektheid (ongeveer 35.000 personen op een gebied van 111 km2) en die welke betrekking hebben op de statistieken van de sacramenten, zich afgevraagd hoe het mogelijk is een dergelijke werklast te dragen. En dat zou het zeker niet zijn, als men heel de pastorale zorg niet gezamenlijk op zich zou nemen.

Het parochiesecretariaat en de leken

In feite vallen enkele kenmerken van de organisatie van de parochie op. Vanaf het eerste ogenblik dat onze Gemeenschap zich belast heeft met de parochie Sagrado Corazón de Jesús van Ypacaraí, hebben enkele leden van de vrouwelijke gemeenschap zich belast met het parochiesecretariaat. Wie vandaag de parochie benadert, ontmoet nog altijd vooral bijna altijd een vrouwelijk gezicht. Juist het parochiesecretariaat heeft steeds meer de rol gekregen van zenuwknooppunt. Alle activiteiten gaan via het secretariaat, dat met een bijzondere aandacht voor de mensen coördineert, opdat zij zich gezien voelen. Het is een gemeenschap die de zorg voor de pastoraal op zich neemt; de pastoor speelt geen rol die alle parochieactiviteiten naar zich toetrekt, ook al blijft kerkrechtelijk en burgerlijk de eindverantwoordelijkheid bij hem liggen.

In een tijd waarin pastoors – zowel in Italië als in Paraguay – vaak ten koste van meer specifiek pastorale activiteiten overladen worden met administratieve kwesties, geeft dit model te denken. En toch ook vindt het risico van klerikalisme, dat door paus Franciscus zo vaak wordt aangeklaagd, een correctief in dit type organisatie van de parochie.

Ook de inzet van veel leken in Ypacaraí stemt tot nadenken. In de verschillende capillas vervullen de coördinatoren een essentiële rol door te garanderen dat enkele basale activiteiten van het christelijk leven, zoals het gemeenschappelijk gebed, de catechese in het gebied, de voorbereiding van de liturgie, de begeleiding van de armen via de Caritas, de zorg voor het onderhoud van de capilla, worden ontwikkeld. Het zijn vervolgens de leken, mannen en vrouwen, die momenten van gemeenschappelijk gebed met een woorddienst en de uitdeling van de communie leiden en, indien noodzakelijk, ook voorgaan in de viering van een uitvaart. De gelovigen waarderen hun inzet, getuigenis en toewijding.

Het betreft niet een klerikalisering van de leken en in deze zin is het veelbetekenend dat zij voor deze vormen van liturgie geen albe dragen.

Deze inzet van de leken zou niet mogelijk zijn geweest zonder een intussen twintigjarig werk van begeleiding met zittingen die elkaar zijn opgevolgd en vervolgens een van de elementen zijn geweest van inspiratie voor de verschillende “Cuadernos de Pastoral”, uitgewerkt door ons Studiecentrum, die intussen een hoog peil van verspreiding en instemming in Paraguay hebben bereikt.

De aandacht voor de jongeren

Vaak heeft wie ons tijdschrift of onze website al volgt, opgemerkt dat een van de aspecten die het meest de aandacht trekt in de daarin gepubliceerde foto’s, de grote aanwezigheid van de jongeren is in de kerk en bij de door de parochie georganiseerde activiteiten. Dit is een kenmerk dat in tegenstelling is met de werkelijkheid van veel parochies, die vooral door volwassen of oudere mensen worden bezocht. Wat echter meer vragen stelt, is een type van activiteiten die met de jongeren worden gerealiseerd: het gaat er niet om hun vrije tijd te organiseren door vooraf initiatieven te organiseren om hen bezig te houden, zoals voetbalscholen, muziekcursussen, reisjes en dergelijke – terreinen waarop wij, ook al stellen wij ons niet als professionals voor, gedoemd zijn vroeg of laat overklast te worden door sportverenigingen en gespecialiseerde organisaties of door wie geheel weet door te dringen in de logica van de vrije tijd en het vermaak –, maar hen te begeleiden op een intense weg van menselijke en christelijke groei, voor te houden wat niemand anders kan geven en wat alleen de diepste dorst van het menselijke wezen verzadigt. Luisteren naar de thema’s die met de jongeren in Ypacaraí worden behandeld, heeft een zekere verrassing gewekt en geleid tot het commentaar dat niet zelden het benaderen met jongeren integendeel het risico heeft schuchter te zijn.

Verder dan covid

Een met een onvermijdelijke bitterheid vaak herhaalde constatering is dat covid een harde klap heeft toegebracht aan het leven van veel parochies: toen de pandemie ten einde was, is in veel gevallen het aantal gelovigen die de kerk bezoeken, niet teruggekomen op het eerdere niveau. In Ypacaraí is dit verschijnsel echter niet vastgesteld en wordt de parochie integendeel meer bezocht dan tevoren: heel de periode van de pandemie is onder ogen gezien als een tijd van God, een uitdaging die van ons een gepast antwoord vroeg en die verschillende, specifieke initiatieven heeft doen ontstaan, te beginnen met de “Homilieën in de tijd van het coronavirus” van don Emilio, die veel weerklank hebben gevonden. Men heeft altijd contact gehouden met de mensen via telefoon en de digitale communicatiekanalen, daarbij uitgaande van de overtuiging dat een doeltreffende methode van verspreiding van een evangelisch leven relaties van persoon tot persoon en de uitwisseling van hart tot hart zijn. Misschien hebben nooit zoals gedurende de pandemie zoveel mensen zich innerlijk verbonden gevoeld met de parochie en heeft het aan werk niet ontbroken, ook op charitatief vlak, waar wij in een tijd van toegenomen armoede de discrete en respectvolle actie van de Caritas jegens de meest behoeftigen hebben geïntensiveerd.

Ook vanuit economisch standpunt heeft de parochie die moeilijke periode kunnen overleven – en men dient voor ogen te houden dat er in Paraguay geen enkele financiering door de staat voor de katholieke Kerk bestaat, noch direct, noch indirect[1] –, omdat er zeer veel gelovigen zijn geweest die de Kerk hebben beschouwd als hun huis en ook de zorg ervoor op zich hebben genomen ten gevolge van de praktijken van economische transparantie en goed management die zij in de jaren hadden kunnen tegenkomen. Eenvoudige gelovigen, die meestal vrijwillig met bescheiden sommen geld bijdragen, omdat in onze parochie uitdrukkelijk geen geld wordt gevraagd van de meest vermogende mensen of de grote ondernemingen om de vrijheid van het woord met niemand te verliezen en om geen onderscheid tussen personen te maken.

In het vervolg van wat er gedurende de pandemie is ontstaan, heeft in het bijzonder Emilio een authentieke “pastoraal van de troost” ontwikkeld, die bestaat uit regelmatige telefonische gesprekken met mensen die een ogenblik van verdriet onder ogen zien, worden geconfronteerd met ziekte of dood, en die continue en methodisch wordt uitgevoerd als een pastorale activiteit die het werkelijk is.

Continuïteit en persoonlijke relaties

Juist deze methode van evangelisatie, die is gebaseerd op persoonlijke relaties en die door de verschillende beproevingen die de tijd ons biedt, heen gaat, heeft geleid tot andere overwegingen. Het betreft immers een benadering die bijzonder opvalt in een tijd waarin men in de parochies zich ervoor inzet de vereiste van continuïteit in de pastoraal samen te brengen met de tendens om benoemingen van pastoors en kapelaans als regel voor bepaalde tijd te effectueren. Wat dit betreft, heeft men veelvuldig geluisterd naar commentaren van gedesoriënteerde of verbijsterde gelovigen ten opzichte van een dynamiek die vaak de wederzijdse kennis tussen pastoor en gelovigen minder doet worden en meerderen ertoe drijft om zich af te vragen of het probleem van een voortschrijdende en blijkbaar een niet tegen te houden afname van de geestelijkheid niet onder ogen wordt gezien vanuit een “bedrijfsmatig” perspectief. En voor de priesters zelf is het niet altijd gemakkelijk van de ene situatie naar de andere te gaan en daarbij telkens opnieuw een netwerk van relaties met gelovigen op te bouwen en erin te slagen de eigen identiteit van herder te handhaven zonder te veranderen in een bestuurder of, nog erger, een bureaucraat.

Deze gesprekken hebben zowel bij mij als bij mijn gesprekspartners het gevoel bevestigd van een “verschil” in pastorale ervaring in Ypacaraí, die overigens ook in Paraguay zelf wordt waargenomen en gewaardeerd door de collegapriesters en de leken die in hun parochies werkzaam zijn en die met belangstelling naar dit verschil kijken en zich erdoor laten inspireren. Ook al is de wijze om de problemen het hoofd te bieden niet iets dat men in- of exporteert, de aandacht die ik heb gekregen, laat zien dat uitwisselingen altijd een wederzijdse verrijking zijn en dat ook vanuit Paraguay een bijdrage kan komen voor een pastoraal in Italië.

Michele Chiappo

 

 

______________________

[1] Er bestaat een directe financiering van de Kerk door de staat zoals in België. Er is een indirecte financiering zoals men in Duitsland kent als Kirchensteuer, Kerkbelasting: iedere belastingbetalende burger kan bij het indienen van zijn belastingaangifte kiezen om een deel van de inkomstenbelasting aan de Kerk toe te wijzen.

 

(Vertaald uit het Italiaans door Drs. H.M.G. Kretzers)

 

 

28/04/2024